Van Erp, die tevens lid is van de NVMO-commissie ter beoordeling oncologische middelen (BOM), richt zich in haar onderzoek op het personaliseren en optimaliseren van de behandeling van kanker door de relatie tussen biomarkers en de farmacokinetiek van verschillende antikankermiddelen te bestuderen. ‘Daarnaast probeer ik bevindingen uit preklinische tumormodellen te vertalen naar de uiteindelijke optimale concentraties bij patiënten met kanker’, aldus Van Erp. Het doel is dat patiënten met kanker de juiste dosis en de meest effectieve medicatie krijgen. ‘De blootstelling bij gelijke dosis verschilt per persoon, terwijl bij hele hoge concentraties veel bijwerkingen optreden en bij hele lage concentraties het middel niet goed kan werken. Er is een tussengebied, waarbij de bijwerkingen te verdragen zijn en de therapie optimaal werkt.’
Ook bestudeert Van Erp farmacologische strategieën die de opname van kankerbehandelingen verbeteren of de uitscheiding remmen, met als doel de behandeling beter verdraagbaar of betaalbaar te maken. Van Erp: ‘Zo hebben we bijvoorbeeld gekeken naar de inname van antikankermiddelen met voedsel, waardoor ze beter opgenomen werden en er een lagere dosis kon worden gebruikt. Verder gaan we na of door antikankermiddelen te combineren met krachtige enzymremmers minder variatie in bloedconcentratie van de middelen wordt gezien en met een lagere dosis kan worden uitgekomen.’
Dankzij de leerstoel kan Van Erp zich nog meer richten op onderzoek en oncologische patiëntenzorg.