Voor de studie selecteerden de onderzoekers patiënten uit de NKR die tussen 2015-2021 de diagnose slokdarm- of maagkanker kregen, bij wie de ziekte niet was uitgezaaid, en die een operatie ondergingen. Vervolgens keken de onderzoekers naar patiënten die minimaal twee keer een vragenlijst over hun kwaliteit van leven hadden ingevuld, binnen een jaar na de operatie.
Bijna 40 procent van de patiënten met slokdarmkanker ervaart negen tot twaalf maanden na de operatie nog klachten. Bij maagkanker is dit 33 procent van de patiënten. De meeste klachten deden zich echter in de eerste drie maanden voor: patiënten rapporteerden diarree, verminderde eetlust, of moeite met eten. Patiënten met slokdarmkanker (961 van de 1200 onderzochte patiënten) gaven daarbij aan ook last te hebben van een droge mond, moeite met hoesten en moeite met praten. Het hebben van meerdere van deze klachten bleek verband te houden met minder functioneren, een lagere kwaliteit van leven, meer beperkingen in dagelijkse activiteiten en een lagere werkproductiviteit.