Overzicht

Onderzoek LUMC

‘Antistoffen van LEMS-patiënten lijken tumorgroei bij SCLC te remmen of verstoren’

  • 24 april 2023

Het immuunsysteem van patiënten met de spierziekte Lambert-Eaton myastheen syndroom (LEMS) heeft een trucje om kleincellig longcarcinoom (SCLC) aan te pakken. Prof. dr. Jan Verschuuren (LUMC) denkt dat antistoffen hiervoor verantwoordelijk zijn. Hij gaat dit onderzoeken door witte bloedcellen uit een LEMS-patiënt te isoleren en daarna antistoffen te kloneren.

prof. dr. Jan Verschuuren
Beeld: LUMC

Het is al langer bekend dat de prognose voor SCLC-patiënten met de spierziekte LEMS beter is dan voor longkankerpatiënten die deze spierziekte niet hebben. ‘Uit onderzoek blijkt dat SCLC-patiënten met LEMS een 5-jaarsoverleving van 21 procent hebben’, vertelt hoogleraar Spierziekten Verschuuren. ‘Voor SCLC-patiënten zonder LEMS is dit 4,4 procent.’

LEMS is een zeldzame autoimmuunziekte die onder meer spierzwakte in de bovenbenen veroorzaakt. De helft van de LEMS-patiënten heeft SCLC. Omgekeerd – dus van alle SCLC-patiënten – heeft zo’n 3 procent LEMS. De diagnose LEMS wordt vaker gemist, volgens Verschuuren.

Effectief immuunsysteem

Het is nog niet duidelijk waarom LEMS-patiënten een betere prognose hebben. ‘We vermoeden dat SCLC eerst ontstaat en dat bij een klein deel van de patiënten het immuunsysteem de tumor herkent en aanvalt. Het systeem maakt onder andere antistoffen aan. Die antistoffen zijn gericht tegen een calciumkanaal in de tumor. Toevalligerwijs is dat calciumkanaal precies hetzelfde als het kanaal dat we allemaal bij de zenuw-spierovergang hebben. De antistoffen die aan de tumor plakken, plakken ook aan de zenuw-spierovergang. Hierdoor krijgen mensen spierzwakte.’

Waarschijnlijk is bij deze mensen het immuunsysteem zo effectief, dat hun prognose bij SCLC sterk verbetert. ‘Eigenlijk hebben zij een soort PD-1-remmers in hun systeem ingebouwd’, merkt Verschuuren op. Hij verwacht dat antistoffen ervoor zorgen dat de groei van tumorcellen afremt of verstoord wordt. Samen met collega’s gaat hij dit in het lab onderzoeken.

Behandeling met gekloonde antistoffen

Tegenwoordig bestaan er technieken om antistoffen uit het bloed te isoleren en in oneindige hoeveelheid in een reageerbuis na te maken. ‘Dat is een heel gepuzzel, omdat je de witte bloedcellen moet vinden die de juiste antistoffen maken. Van die bloedcellen moet je het DNA oogsten en daaruit haal je dan de DNA-sequentie voor de antistoffen zodat je die kunt nabouwen. Dat kost ongeveer twee jaar tijd.’

Als blijkt dat antistoffen een belangrijke rol spelen bij de aanval op de tumor, zouden SCLC-patiënten zonder LEMS behandeld kunnen worden met een infuus met antistoffen. Verschuuren: ‘Een probleem hierbij is wel dat zij ook spierzwakte kunnen krijgen. Aan de andere kant gaat de spierzwakte weer weg, want de werking van een infuus is tijdelijk. Verder is het mogelijk om de antistoffen lokaal toe te dienen of te “verbouwen”, zodat ze alleen lokaal in de tumor een effect hebben. Dat biedt de mogelijkheid om met een hoge dosering te behandelen, terwijl er minder antistoffen in de algemene circulatie terechtkomen en de spieren minder last hebben.’