Dromen of nachtmerries…

  • 2 min.
  • Redactioneel

De organisatie van de oncologische zorg staat aan de vooravond van een ingrijpende verandering. Dat is ook nodig om de juiste zorg op de juiste plaats bij de juiste patiënt te verlenen. De oncologische zorg wordt te duur. Er zijn steeds meer mogelijkheden, maar hoe behouden we de hoge kwaliteit van oncologische zorg voor iedereen in de toekomst?
In dit nummer van Medische Oncologie worden we opnieuw heen en weer geslingerd tussen centralisatie en de ‘academisering’ van Nederland. Centralisatie zorgt voor beheersbaarheid van de zorg (ook in financieel opzicht) en zal wetenschappelijk onderzoek vergemakkelijken, wat aantrekkelijk is voor de academische ziekenhuizen.

De behandelaren van melanoom geven aan dat de DMTR – en de daaraan voorafgaande centralisatie van systemische therapie – heeft aangetoond dat we nieuwe behandelingen veilig en efficiënt kunnen inzetten. Bovendien hebben we meer wetenschappelijk inzicht gekregen wat betreft predictieve en prognostische factoren. De vraag is of deze ‘pionier’-registratie navolging verdient, aangezien deze gepaard gaat met een enorme registratielast en grote financiële investering.
Het gevaar is dat verdere centralisering zal leiden tot kennisverlies in de Nederlandse ziekenhuizen en dat optimale zorg niet meer voor iedereen beschikbaar zal zijn. Patiënten presenteren zich met symptomen en dragen helaas geen label met daarop de gediagnostiseerde aandoening. Bovendien zullen de ongewenste effecten van gecentraliseerde behandeling zich vaak presenteren op de spoedeisende hulp van niet-gespecialiseerde ziekenhuizen.

In de Stop & Go-studie is ervoor gekozen om alle bij de behandeling van gemetastaseerd mammacarcinoom betrokken centra in Nederland te laten participeren. Dit heeft volgens de onderzoekers geleid tot het opzetten van de infrastructuur voor wetenschappelijk onderzoek in veel kleinere ziekenhuizen. Deze ‘academisering’ kan een stapje in de goede richting zijn om kennis in Nederland optimaal in te zetten en beschikbaar te houden voor alle patiënten.

Zeeland luidde afgelopen weken de noodklok omdat de mariniers niet naar Vlissingen willen en het gevolg van centralisatie van de Nederlandse bevolking dus voelbaar is. En ja, de regio waar belangrijke levensbehoeften worden opgeheven, zal leeglopen. Aart van Bochove heeft zijn witte jas opgehangen, maar zal zijn overtuiging dat netwerkvorming het antwoord is op behoud van goede oncologische zorg juist vanuit Zeeland blijven uitdragen. De gezamenlijke deler van zowel succesvolle netwerkvorming als centralisatie is: samenwerking. Uiteindelijk zal dat het antwoord zijn voor de toekomst. Om tot goede samenwerking te kunnen komen zal de organisatie van de gezondheidszorg in zijn geheel, ook financieel, ingrijpend moeten veranderen. Het uitgangspunt zou hierbij de patiënt in zijn geheel moeten zijn. Gezamenlijke inzet van zorgverzekeraars, wetenschappelijke verenigingen, overheid en de Nederlandse bevolking is nodig om tot een succesvolle reorganisatie te komen. Dat voorkomt de huidige handel in zorg waarbij een ziekenhuis enkel bereid is een oncologisch onderdeel af te stoten in ruil voor andere zorg en daarmee omzet/financiering.

Ten aanzien van de dromen van onze hoofdredacteur kan ik alleen maar zeggen: ‘De meeste dromen zijn bedrog, maar als je wakker wordt dan zijn ze er soms nog…’