Early detection and surgical treatment of adenocarcinoma of the oesophagus or oesophagogastric junction

De langetermijnoverleving van mensen met een adenocarcinoom van de oesofagus of de oesofagusmaagovergang is de laatste tijd vrijwel onveranderd gebleven. Omdat de prognose na chirurgische resectie voor een groot deel afhankelijk is van de aard en de uitbreidingsgraad van de maligniteit, onderzocht Van Sandick of een vroege diagnose de langetermijnoverleving kan verhogen. Zij vergeleek daartoe twee groepen: een van 54 patiënten die zich presenteerden met een adenocarcinoom in een Barrettslokdarm en een van 16 patiënten met een Barrettslokdarm bij wie het carcinoom was ontdekt tijdens een controle van hun slokdarm (surveillancegroep). In de surveillancegroep was het carcinoom bij geen van de patiënten in een vergevorderd stadium, terwijl bij de andere groep in meer dan de helft van de carcinomen reeds stadium III/IV werd gevonden. Bovendien w